De dichtstbijzijnde openbare wachtplaatsen voor feederschepen lagen in het Calandkanaal. Hier bevinden zich twee steigers met een capaciteit van 4 schepen met een maximumlengte van 130 meter. Bij de shortsea is echter sprake van een schaalvergroting. De meest gangbare shortsea- en feederschepen variëren thans in lengte van 130 tot 185 meter. Deze schepen hebben een te grote lengte om ligplaats te kiezen aan de steigers in het Calandkanaal. Daarbij komt dat de vaartijd naar deze steigers vanaf het Deltaschiereiland te lang is, omdat deze steigers eigenlijk te ver van de terminals liggen.
Tussen 2007 en 2009 heeft het tekort aan wachtplaatsen minder gespeeld op de Maasvlakte omdat er bestaande kades beschikbaar waren. Daarna waren deze wachtplaatsen niet meer beschikbaar en was het tekort aan wachtplaatsen weer actueel. Gezien het huidige gebrek aan wachtplaatsen op de Maasvlakte en de komst van MV2 moesten er op korte termijn wachtplaatsen voor deze schepen worden gecreëerd op de Maasvlakte.
Het resultaat is de realisatie van drie afmeerplaatsen voor feederschepen; een tweetal afmeerplaatsen voor 2 (enkel liggende) feederschepen met een lengte van 100 tot 185 meter in de Europahaven, in het verlengde, ten oosten, van de Rhenus-kade en een afmeerplaats voor 1 feederschip met een lengte van 100 tot 185 meter voor de bewerkingskade van GDF-SUEZ in het Beerkanaal. Voor dit project leverden wij projectondersteuning.